In het NRC!

Het vak ‘trainingsacteur’ bestaat 40 jaar en daarom besloot het NRC hier uitgebreid aandacht aan te besteden. Een journalist heeft tijdens één van mijn trainingen meegekeken om te zien wat het vak van trainingsacteur inhoudt. Dat was best spannend maar ik ben blij met het resultaat!

Klik hier voor de link naar het NRC, of lees het artikel hieronder;

‘Wij zijn geen mislukte filmsterren’

Trainingsacteurs Om werknemers op lastige situaties voor te bereiden, huren bedrijven trainingsacteurs in – van begrafenisondernemers tot scholen. „Het gaat om de cursist. Je staat er niet om een show te geven.”

Op de negende verdieping van een kantorencomplex in de Rotterdamse Blaak schuift de 34-jarige acteur Wouter Braaf achter een bureau. Systeemplafond, tl-buizen, hoge ramen met uitzicht op andere kantoorflats. Precies de omgeving die de meeste acteurs omschrijven als ze zeggen: „Zo’n negen-tot-vijfbaan is gewoon niks voor mij.”

Maar voor trainingsacteurs als Braaf is de grijze vloerbedekking hun bühne, de tl-buis hun schijnwerper. Ze staan in dienst van hun publiek, meer nog dan in het theater. Door middel van improvisatie en rollenspel leren ze de politieagent, recruiter of baliemedewerker hoe ze moeten omgaan met een autoritaire baas, agressieve patiënten of zenuwachtige sollicitanten. Met plezier. Want, benadrukt Braaf: trainingsacteurs zijn zeker geen mislukte filmsterren.

Braaf somt op wat hij zoal doet. Een begrafenisondernemer leren hoe je nabestaanden tactvol uitlegt wat je allemaal met de as van een overledene kunt doen, zoals het verwerken in een tattoo of een sieraad. Iemand helpen die werkt bij stadstoezicht en regelmatig te maken krijgt met dronken of verwarde mensen op straat. Advocaten op de Zuidas die getest worden op stressbestendigheid. „Overal waar met mensen gewerkt wordt, kan een trainingsacteur worden ingezet.”

Hoewel de methode kan bestaan uit een simpel rollenspel, een instructievideo of een heel theaterstuk, is het doel hetzelfde: door simulatie van ‘de echte wereld’ laten zien wat het effect van bepaald gedrag is.

Provo’s en politie

Hoeveel trainingsacteurs er precies werkzaam zijn in Nederland is niet bekend, maar brancheorganisatie Boact schat dat het er tussen de 2.500 en 3.000 mensen zijn die met trainingsacteren vrij regelmatig werk hebben. Zowel de vraag naar als het aanbod in trainingsacteurs is volgens voorzitter Karin Bessems de laatste jaren toegenomen. „Het vak wordt steeds breder, er zijn meer verschillende soorten organisaties met elk zijn eigen type opdrachten.”

In Nederland ontstond het vak eind jaren zeventig, bij de politie. De tijd van provo’s en rellen, beschrijven Paul Devilee en Karianne Henkel in het boek 35 jaar trainingsacteren in Nederland, dat vijf jaar geleden in opdracht van Boact werd uitgebracht. Om de gespannen verhouding tussen burgers en politie te verbeteren, ontwikkelde psycholoog en voormalig politieagent Jaap van der Steen instructievideo’s voor agenten in opleiding.

Door de video’s te bekijken, kregen de agenten inzicht in wat voor effect bepaald gedrag had op de burger en hoe ze escalaties konden voorkomen. Voor het acteren, op video of tijdens een rollenspel, bleken de agenten zelf niet geschikt. Collega’s wilden het elkaar niet te moeilijk maken. Acteurs namen daarom de rol over.

Sollicitatietraining

Braaf loopt in Rotterdam met hangende schouders het kantoor binnen. Gaat op een stoel zitten, kijkt traag om zich heen. Hij lijkt zich iets te herinneren, staat op, loopt weer naar buiten. Opnieuw vliegt de deur open, op zijn gezicht nu een scheve grijns. Loopt breed als een gorilla. Er klinkt gegiechel vanuit het publiek: zeven jonge recruiters van een uitzendbureau die in een U-vorm om hem heen zitten.

Vandaag krijgen ze een sollicitatietraining, hun werkzaamheden bestaan voor een groot deel uit het voeren van gesprekken met sollicitanten om ze aan openstaande vacatures te koppelen.

„Wat heb je gezien?”, vraagt Braaf. Een voor een roepen de deelnemers wat. „Ongeïnteresseerd”. „Arrogant”. Allemaal aannames, legt de trainer uit. „Je kunt lichaamstaal niet altijd goed aflezen. Bespreek dat het op jou overkomt alsof iemand ongeïnteresseerd is en vraag of dat klopt. Misschien is er wel iets heel anders aan de hand.”

Het is pauze. Braaf hapt een broodje weg terwijl hij vertelt hoe hij trainingsacteur werd. Hij werd opgeleid tot dramadocent in Leeuwarden. Daar maakte hij via een stage al kennis met het werk van trainingsacteur. Na zijn studie speelde hij als musicalacteur bij Rembrandt de Musical, waar hij negen maanden lang, acht keer per week in Carré stond. Hij speelde in Soldaat van Oranje, Ciske de Rat. Dat werk combineerde hij met trainingsacteren, maar na vijf jaar stopte hij met musicals.

Trainingsacteren is beter te combineren met de zorg voor zijn drie jonge kinderen, maar biedt ook inhoudelijk uitdaging: „In het theater speel je elke avond dezelfde voorstelling, nu is elke dag anders. Als trainingsacteur ben je acteur, regisseur en docent in één. Je moet goed kunnen improviseren, inschatten hoeveel ‘actie’ het spel nodig heeft en na afloop heldere feedback geven.”

De meest voorkomende vorm van trainingsacteren is het rollenspel, zoals Braaf vandaag bij de recruiters doet. Op gele briefjes hebben de cursisten voorbeelden van lastige sollicitanten neergepend. Braaf schuift aan bij een van de vrouwen. „Leuk dat je er bent”, ze schudden elkaar de hand. Braaf smakt met zijn lippen. „Zo’n mooie dame had ik niet verwacht.” De vrouw houdt zich in eerste instantie strak aan de theorie: ze benoemt dat ze de indruk krijgt dat hij flirt, en dat ze er niet van gediend is. Maar als Braaf aanhoudt, raakt ze de draad kwijt, het ongemak overwint. Hij vormt met zijn handen een kruis. „Tot hier.”

Met de groep bespreken ze wat er mis ging. De vrouw gaat voor de herkansing, deze keer lukt het haar wel om Braaf – op professionele wijze – op afstand te krijgen. „Je moet soms heel dicht op iemands huid gaan zitten,” zegt Braaf. „Ik geef ook wel eens training aan vrouwen die nee moeten leren zeggen tegen mannen. Dan moet je de afweging maken: ga ik nog een stap verder, zodat ze echt aangeeft dat haar grens is bereikt en ze voelt hoeveel macht haar dat geeft, of ga ik dan juist te ver en kwets ik iemand zonder resultaat? Het is een lastig evenwicht, je moet heel goed weten wat je doet.”

Voor trainingsacteur kun je leren. In Leeuwarden en Arnhem bieden de hbo-opleidingen tot dramadocent de afstudeerrichting trainingsacteur aan. Per jaar studeren er ongeveer zes studenten in deze richting af. Daarnaast zijn er verschillende, kortere particuliere opleidingen.

Ook zonder klassieke opleiding kun je trainingsacteur worden. Bureaus zoeken vanwege het beperkte aantal acteurs met de juiste vooropleiding ook naar andere kandidaten. Maar niemand kan zomaar „vanaf de straat” aan de slag, legt Bessems van branchevereniging Boact uit. Daarom bieden bureaus ook zelf opleidingen aan. Het tarief van trainingsacteurs ligt gemiddeld tussen de 130 en 200 euro per dagdeel, een ervaren trainingsacteur kan tot zo’n 300 tot 400 euro vragen.

Omgaan met radicalisering

Na de crisis van 2008 waren er een paar zware jaren, herinnert Braaf zich. „Bedrijven gaan werknemers niet op dure cursussen sturen als ze niet weten of ze over een paar jaar nog werk voor ze hebben. Ik deed veel ontslagtrainingen, maar minder trainingen om werknemers te laten ‘groeien’ in hun vak. Die komen nu weer vaker voorbij.”

En zo zijn meer maatschappelijke ontwikkelingen terug te zien in het vak, zegt de 28-jarige trainingsacteur Simone Valk. Ze studeerde in 2013 af als theaterdocent in Arnhem en is naast trainingsacteur ook docent bij een jeugdtheater. In opdracht van de overheid geeft ze op middelbare scholen trainingen aan leraren in de omgang met radicalisering: rechtsextremisme, dierenactivisme of radicale islam. Hoe reageer je als iemand in de klas roept „dat alle homo’s van een flat moeten worden gegooid”? Hoe signaleer je dat een jongere dreigt te radicaliseren, en hoe ga je vervolgens het gesprek aan?

Dat zijn heftige trainingen, vertelt Valk, waarbij ze soms extreme uitspraken doet. Bij cursisten kan dat hard aankomen, ook al is het gespeeld.

Ook Sandro Lima (37) speelt veel heftige situaties, hij geeft onder meer agressietrainingen. Lima kwam zonder klassieke opleiding in het vak terecht, werd intern opgeleid en werkte de afgelopen tien jaar bij verschillende acteursbureaus.

„Bij een overval-training moest ik schreeuwend binnenkomen, mensen op hun knieën dwingen.” Tijdens zo’n training begon een meisje een keer te hyperventileren, vertelt Lima. „Dan zet het je het meteen stop. De laatste jaren zijn dit soort trainingen wel veranderd, ze zijn wat minder heftig geworden. Het gaat om de cursist, niet om de acteur. Je staat er niet om een showtje te geven.”

Hij heeft veel geleerd van zijn werk als trainingsacteur. „Ik was vroeger niet de makkelijkste, had vrienden die wel eens in detentie moesten. Nu zie ik de andere kant.” Hij traint onder andere hulpverleners die werken met mensen met een verstandelijke beperking. „Ik heb zoveel ontzag gekregen voor het werk dat zij doen. Voor mij is het een rol, ik kan die agressie makkelijk aan- en uitzetten. Maar voor hen is het echt. Dag in, dag uit.”